Cambrische explosie

De Cambrische explosie vond plaats nadat het zuurstofniveau in de atmosfeer was toegenomen van 3% tot meer dan 12%.
Era Periode Tijd geleden
(Ma)
Mesozoïcum Trias jonger
251,0
Paleozoïcum Perm
299,0
Carboon
359,2
Devoon
416,0
Siluur
443,7
Ordovicium
488,3
Cambrium
542,0
Neoproterozoïcum Ediacarium
ouder
Indeling van het Paleozoïcum volgens de ICS[1]

Met de Cambrische explosie wordt het ontstaan aangeduid van veel nieuwe bouwplannen in het dierenrijk tijdens het Cambrium (ongeveer 539 tot 485 miljoen jaar geleden).[2] Het wordt soms ook de Oerknal van het leven genoemd. Van bijna alle stammen van de metazoa (meercellige dieren) zijn de vroegste fossielen uit deze periode afkomstig.

Het Cambrium en het voorafgaande Ediacarium volgden op het Cryogenium, een periode die ook bekendstaat vanwege de sneeuwbalaardes, zeer sterke ijstijden waarin de Aarde grotendeels bedekt was met sneeuw en ijs. Naast het opwarmen van de Aarde heeft mogelijk ook de ontwikkeling van geslachtelijke voortplanting een belangrijke rol gespeeld in de snelle evolutie van meercellige dieren in deze periode. Daarnaast gaat het voor het eerst om fossielen van dieren met harde delen. Deze harde delen fossiliseren veel gemakkelijker.

Een belangrijke vindplaats voor fossielen van de Cambrische explosie is de Burgess shale in Canada. De evolutiebioloog Stephen Jay Gould schreef hierover een boek met de titel Wonderful Life.

Voorafgaand aan de Cambrische explosie was er ook sprake van dierenleven, de Ediacara-fauna. Deze fauna bestond uit dieren zonder harde delen, met een veelheid van vormen, maar wel plat, dus zonder interne organen. Na de Cambrische explosie werden de Bilateria de belangrijkste diergroep, en kunnen veel dieren in nog steeds bestaande stammen geplaatst worden.

Wat precies de Cambrische explosie heeft veroorzaakt is iets waarover de meningen nog uiteen lopen. Een theorie die redelijk veel aanhang heeft is dat een toename van het zuurstofniveau in de lucht (en daardoor ook in het water) de primaire oorzaak is. Hierdoor was er meer energie beschikbaar, waardoor meer actieve levenswijzen en zintuigen mogelijk werden. In plaats van vast te zitten aan de oceaanbodem of zich passief met de stroom mee te laten voeren, konden dieren nu actief zwemmend of gravend naar voedsel gaan zoeken. Dat betekende ook dat er meer levenswijzen mogelijk waren: Naast filtervoeders waren er nu ook niches beschikbaar voor dieren die algen 'graasden' of andere dieren 'jaagden'. De komst van harde, fossiliseerbare delen, het meest opvallende aspect van de Cambrische explosie, was dan weer een gevolg van die opkomst van predatoren, waartegen de andere dieren zich moesten verdedigen.

Externe links

  • De schelpjes explosie (Noorderlicht)
  • Cambrian explosion (University of Bristol)

Literatuur

  • (en) Briggs, D.E.G. & Fortey, R.A. 2005, Wonderful strife: systematics, stem groups, and the phylogenetic signal of the Cambrian radiation. Paleobiology 31 p. 94-112
  • (en) Budd, G.E 2003, The Cambrian fossil record and the origin of the phyla. Integrative and comparative biology. 43 p. 157–165
  • (en) Budd, G.E 2008, The earliest fossil record of the animals and its significance. Philosophical Transactions of the Royal Society B 363 p. 1425–1434
  • (en) Budd, G.E. & Jensen, S. 2000, A critical reappraisal of the fossil record of the bilaterian phyla. Biological Reviews 75 p. 253-295
  • (en) Carroll, S.B 2001, Chance and necessity: the evolution of morphological complexity and diversity Nature 409 p. 1102-1109
  • (en) Conway Morris, S. 1989, Burgess Shale faunas and the Cambrian explosion. Science 246 p. 339-346
  • (en) Conway Morris, S. 2006, Darwin's dilemma: the realities of the Cambrian 'explosion.' Philosophical Transactions of the Royal Society B 361 p. 1069–1083
  • (en) Marshall, C.R. 2006, Explaining the Cambrian “explosion” of animals.[dode link] Annual Review of Earth and Planetary Sciences 34 p. 355-384
  • (en) Maruyama, S. & Santosh M. 2008, Models on Snowball Earth and Cambrian explosion: A synopsis Gondwana Research 14 p. 22–32

Bronnen, noten en/of referenties

  1. (en) Gradstein, F.M.; Ogg, J.G. & Smith, A.G.; 2004: A Geologic Time Scale 2004, Cambridge University Press
  2. Cohen, K.M., Harper, D.A.T., Gibbard, P.L., Car, N. (2022). (c) International Commission on Stratigraphy, February 2022. [1]